nietzsche mariage zarathoustra

“Mein Seufzen sass auf allen Menschen-Gräbern und konnte nicht mehr aufstehn; mein Seufzen und Fragen unkte und würgte und nagte und klagte bei Tag und Nacht: «ach, der Mensch kehrt ewig wieder! ©William A. Chapko, 2010 Thus Spoke Zarathustra - Version 2.85 Note on the Translations “Vergessen”, Unschuld”) die zelfs een grote empathische betrokkenheid bij een mistig ervaren realiteit kan impliceren of een ‘speels’ histrionisme, een clownesk gedrag dat vaak nog getuigt van enige luciditeit (de duidelijk ‘theatrale’ waanzinsbrieven zijn dan ook niet zonder betekenis). Die vermonsterlijking stelt de psyche alsnog in staat om zich te beschermen tegen het ontregelende zicht op de meer wezenlijke dubbelverhouding en de identiteit tussen de rivalen. Il y a de l’amertume dans le calice, même dans le calice du meilleur amour. Toestemming is geen voorwaarde voor aankopen. De misdaad wordt hier door Zarathustra geheel terecht niet primair gedacht vanuit het vermeend ‘objectieve’ voordeel dat de misdadiger erbij zou hebben, met andere woorden niet vanuit iets als “Raub”. Dramen (Werke in vier Bänden, 2), München 1978. We zagen in de analyse van Die Geburt der Tragödie dat Nietzsche zich daar het oerene voorstelt als iets wat aan zijn contradictorische ‘volheid’ zou lijden, een projectie op dit oerene van de contradicties die het gevolg zijn van het mimetisme. Men lette ook op het kosmologische karakter van de gebruikte metaforiek: dit wijst op een ervaring van een enorme ruimtelijkheid, een enorme ‘plaats’ die het subject in zijn manische roes als zijn gebied, als zijn actieterrein ervaart. [31] “Après avoir accompagné le héros un bout de chemin, le spectateur découvre en lui un autre et il l’abandonne à l’ignominie et à la grandeur toutes deux surhumaines de son destin avec un frisson de « terreur et de pitié », mêlé sans doute de reconnaissance à l’idée de son propre équilibre, de la sécurité d’une existence bien ordonnée” (Girard: La violence et le sacré, p. 436). Deze paradoxale vermenging van een zich verhevigend verlangen en een toenemende kilheid zien we in een masochistische gedaante duidelijk optreden in Der Runenberg van Ludwig Tieck[46], waarin het verlangen van de hoofdpersoon herhaaldelijk getrokken (en geblokkeerd) wordt door de kilte van stenen en metalen waaraan hij zijn geestelijke gezondheid, zijn mentale ‘leven’, geheel opoffert. Unsere Schritte klingen ihnen zu einsam durch die Gassen. Deze passage mag dan wel ‘figuurlijk’ bedoeld zijn –, dit mag ons niet blind maken voor de overeenkomst tussen de inhoud ervan en die van bepaalde waanvoorstellingen waarbij psychotici of schizofrenen menen dat anderen bijvoorbeeld hun ziel willen roven of effectief hun bloed willen zuigen. Een tweede punt dat aangehaald moet worden, is de toeschrijving van de ‘zwaarte’ van de depressie aan iets externs, met name aan de moraal waartoe de Geist der Schwere Zarathustra als zijn duivel zou willen ‘verleiden’: “Der aber hat sich selber entdeckt, welcher spricht: Das ist mein Gutes und Böses: damit hat er den Maulwurf und Zwerg stumm gemacht, welcher spricht «Allen gut, Allen bös»” (243). [25] Er is dan ook geen plaats voor waarachtige positiviteit. Zarathustra aarzelt immers eveneens met betrekking tot de formulering van de gedachte. Alle mogelijke emoties convergeren op dit tijdspunt. Deze “Genügsamkeit” is verantwoordelijk voor de onverschilligheid van de mensen voor de ‘preek’ van Zarathustra; hun (vermeende) gebrek aan problematisch hypermimetisme (al gedragen ze zich uitgerekend tegenover Zarathustra erg cynisch en vijandig). De Zauberer wordt dan ook als een “Büsser des Geistes” (318) omschreven, al wijst Zarathustra er tegelijk zeer heftig op dat zelfs het dichten over dit ‘boeten’ – waarmee de Zauberer te kennen wil geven dat hij bezeten is van hoge gevoelens – gekenmerkt wordt door dichterlijke leugenachtigheid die door het besef hiervan alleen nog wordt versterkt en nog meer met zichzelf in strijd raakt: “Du erntetest den Ekel ein, als deine Eine Wahrheit. We zagen al meermaals hoe Nietzsche meent het probleem van de begeerte, de conflicten, contradicties en oscillaties die ermee gepaard gaan, te kunnen ‘oplossen’ door er nog intenser in op te gaan, om het even of dit nu op een ‘sociale’ of op een ‘anti-sociale’ manier gebeurt. 3.1. De patiënt in kwestie ziet plots dat de mensen die hem in het dagverblijf omringen de koppen van schapen krijgen – iets wat enigszins herinnert aan een passage in A Midsummer Night’s Dream[83]– en vervolgens zelfs leeuwenkoppen. Tegelijk blijft voor wie de ‘schenkingen’ van Zarathustra ontvangt, het ‘zijn’ zelf van Zarathustra buiten het eigen bereik. Wie deze passage leest, krijgt de indruk dat het hier om meer gaat dan een louter menselijke ziel. die het skandalon vormen, het obstakel dat het vrije lopen belemmert zoals de dwerg het klimmen. [86] De uitnodiging en de agressie vanwege de Ander zijn ononderscheidbaar geworden. Het willen voorstellen van wat men ondergaat als iets wat men heeft gewild is zelf een uitdrukking van het verlangen naar een ‘zijn’ waaraan geen gebrek kleeft, of beter: waarbinnen elk negativum tot een epifenomeen of tot een aspect van de eigen sterkte is gereduceerd. Bij mensen die aan nog hevigere vormen van psychose(achtige) toestanden lijden, kunnen deze polen zelfs volstrekt samenvallen (– zoals ook de manie en de depressie er al toe kunnen tenderen om in elkaar te vervloeien, wat we al zagen met betrekking tot het Nachtwandler-Lied). Dieses Gleichniss sage ich den Dichtern. 1 talking about this. Toch treffen we hier een iets andere kleuring van de gedachte aan dan bijvoorbeeld in Vom Gesicht und Räthsel waarin de nadruk veeleer ligt op het problematische, zelfs angstaanjagende aspect ervan. Trouvé à l'intérieur – Page 43Le mariage ! NIETZSCHE Vous exagérez ... Dès le début , j'ai su que je rencontrerais Ariane à Naxos ... Lou Saluez cette jeune Russe de ma part , si vous le jugez bon , je suis friand de ce genre d'esprit . Je vais bientôt me mettre en ... Het gaat hier om de negatief geconnoteerde dubbel van de chaos en de waanzin die Zarathustra zelf voorschrijft, ondermeer ook in Vom bleichen Verbrecher. [81] Virginia Woolf: To the Lighthouse, New York 2008, p. 53-54. De eenheid van pijn en lust die kenmerkend is voor de geëvoceerde dronken (in feite: semi-psychotische) opwinding komt tot uitdrukking in de volgende paradoxen: “Mitternacht ist auch Mittag, – Schmerz ist auch eine Lust, Fluch ist auch ein Segen, Nacht ist auch eine Sonne, – geht davon oder ihr lernt: ein Weiser ist auch ein Narr” (402). Vom Freunde, Von der Nächstenliebe en Von tausend und Einem Ziele. [27] De logica van de overtreffing van de overtreffing werd door Nietzsche al geëxpliciteerd in zijn voorwoord bij het ongeschreven Homer’s Wettkampf, waarin hij stelt dat Plato de dichters weliswaar uit zijn staat buitensloot, maar niet zonder hen als auteur ook op hun eigen terrein te overtreffen. [14] De fase daarna, die van het kind, wordt maar erg beknopt beschreven: dit wijst erop dat Nietzsche/Zarathustra daar maar weinig concreets over kan vertellen. Ten derde plaatst het poneren van de gedachte van de eeuwige wederkeer en het aanvaarden van de implicaties ervan Zarathustra in het ‘midden’ van de geschiedenis (en dus van de eeuwige wederkeer zelf). [37]Zarathustra wil zich daarentegen natuurlijk wederom duidelijk van de wraaklust distantiëren die hij aan de tarantula’s toeschrijft. De werkelijke ondermijning van het geweld die de ware finaliteit is van het échte christendom (waarvan de historische variant slechts een afschaduwing en vervorming is) heeft echter nog niet plaats gevonden. Trouvé à l'intérieur – Page 257Les allusions à Zoroastre sont innombrables dans Zadig , par exemple pour rire du mariage d'une manière qui préfigure un chapitre de Zarathoustra ' , et qui rappelle que Humain , trop humain évoquait les railleries de Voltaire sur cette ... Zarathustra liegt evenwel door te stellen dat zijn afzien van de overwinning op de ‘goeden’ zou voortkomen uit medelijden – “Wer unter den Guten lebt, den lehrt Mitleiden lügen” (234) –, en dat het medelijden voor hem een bijzonder risico zou inhouden: “Im Schonen und Mitleiden lag immer meine grösste Gefahr; und alles Menschenwesen will geschont und gelitten sein” (233) – tenzij we onder dit medelijden een mimetische fascinatie zouden vermoeden, een emotionele betrokkenheid op de ander die in strijd is – tenminste oppervlakkig gezien! Er zit een escalerende tendens in het overtreffende mimetisme die finaal aan de controle van het subject ontsnapt. Ons systeem voor betalingsbeveiliging codeert jouw gegevens tijdens een transactie. De crisis van de tijd hangt samen met de desintegratie van zowel het individuele als het collectieve ‘zijn’. Nietzsche Girard Mimetism – Nietzsche Girard Mimetisme. Hoe moeten we nu het verband van de eeuwige wederkeer met (de begeerte van) de dood begrijpen? De koningen representeren de oude externe orde waarvan de vertegenwoordigers niet meer kunnen geloven in de waarde van hun eigen positie in een wereld waarin de waan van het volk en het geld regeert. Trunkne Lust und Selbst-sich-Verlieren dünkte mich einst die Welt” (35). Zarathustra – al gaat het hier om een projectie van Nietzsches eigen ervaring in zijn sociale bestaan – voelt zich in confrontatie met anderen geremd: het medelijden is dan het noodgedwongen afzien van een overtreffende opstelling tegenover die anderen, hetgeen hem onderhuids frustreert, zodat hij finaal van de anderen (in wier welbevinden hij natuurlijk niet werkelijk geïnteresseerd is, zoals uit vele passages in Also sprach Zarathustra blijkt) besluit weg te vluchten. De vierde afdeling. De hevigheid van de drang om aan het obstakel te ontkomen en zich ervan te onderscheiden, neemt daarbij recht evenredig toe met de mate waarin men er tegen aan loopt, waaruit steeds meer de wezenlijke symmetrie blijkt die men echter per se wil loochenen om het Verschil met de rivaal te bewaren. Het oerene lijdt en de droom (of de schepping) laat toe om de zogeheten volheid op letterlijk creatieve wijze te ontladen en tegelijk om in de aanschouwing van de droom of schepping een vorm van rust te vinden. Overigens beweert Zarathustra: “Es giebt Solche, die predigen meine Lehre vom Leben: und zugleich sind sie Prediger der Gleichheit und Taranteln. Voorts kan niemand het belang en de impact van Also sprach Zarathustra op de cultuur ontkennen. De verborgen daden van agressie ofwel de “Stacheln der kleinen [Männer, kve]” (65) zijn de kleine signalen die ten gevolge van het hypermimetisme van het subject een enorme impact op het welbevinden ervan uitoefenen. Opvallend aan de beginpassage is dat de ‘weg’ van het ‘negatieve’, van de spanning van en in de donkere wolk, naar de ontlading van die negativiteit omschreven wordt als een vorm van verlossing. Van belang is ten slotte ook de volgende uitspraak van Zarathustra: “Noch hat seine Erkenntniss nicht lächeln gelernt und ohne Eifersucht sein” (151). Zarathustra verwijt de nar… de mimetische rivaliteit, de eenheid van symmetrie in het gedrag enerzijds en het verlangen naar een absoluut onderscheid anderzijds, anders gezegd: de steeds geheim gehouden onderhuidse fascinatie voor het (vermeende) obstakel. Het is die keuze voor het negatieve mimetisme, een keuze die evenzeer het gevolg is van de rivaliteit als dat ze er de intellectuele bekroning van moet vormen – en dat dat zo is, beseft Nietzsche/Zarathustra dan ook zelf: het volgt ‘logisch’ uit de inherente (para-) logica van de wil tot macht –, het is die keuze dus die haaks staat op de christelijke associatie van de waarheid met de afwezigheid van ergernis en satanische verleiding tot het gewelddadige overtreffen van skandala, van anderen die de weg (lijken te) blokkeren. Noch in het reële leven van Nietzsche, noch zelfs in de fictieve wereld waar Zarathustra in leeft, is er sprake van een groep mensen die voortdurend in positieve zin zijn ‘schenkingen’ in ontvangst neemt of er ook maar reikhalzend naar uitkijkt (behalve misschien de leerlingen waar Zarathustra echter niet zomaar aan schenkt maar die hij in een double bind verwikkelt door hen voor te schrijven dat ze hem niet mogen navolgen). – met de overtreffende houding en die tot uiting komt in de vierde afdeling van het werk waarin Zarathustra de hogere mensen rond zich verzamelt en hen – tenminste tijdelijk – ‘steunt’. Von der schenkenden Tugend, Das Kind mit dem Spiegel, Auf den glückseligen Inseln, Vom Gesindel, Von der Menschen-Klugheit en Die Heimkehr. Plato beschrijft immers zelf al – in zijn allegorie van de grot – deze verblinding die het aanschouwen van de zon allereerst teweeg kan brengen, de aanvankelijke verwarring die het naderende inzicht veroorzaakt. [53] Dostojewski’s man uit het ondergrondse stelt ook bij zichzelf vast dat naarmate zijn inzicht in het verhevene toeneemt – het gaat in dit geval veeleer om een Schilleriaans idealisme, wat in essentie overigens maar weinig uitmaakt –, hij ook meer in het verval terechtkomt totdat – hierin komt de repetitiviteit tot uitdrukking, alsook de ‘verleiding’ van ‘de dwerg’ – hij zozeer gewend is aan dit verval dat hij de strijd ermee niet meer wil aangaan of zelfs ertoe komt om op masochistische wijze te ‘zwelgen’ in zijn ondergang (Dostojewski: Aufzeichnungen aus dem Untergrund, p. 436-437). [9]) De radicalisering van ‘de waanzin’ die we voordien hebben beschreven en die gepaard gaat met de vernauwing van het bewustzijn vanuit het opgaan in de emoties van het mimetisme, blijkt ten slotte uit het daarna volgende deel: “Ich liebe Den, der freien Geistes und freien Herzens ist: so ist sein Kopf nur das Eingeweide seines Herzens, sein Herz aber treibt ihn zum Untergang” (18). Wahrlich, ihr Geist selber ist der Pfau der Pfauen und ein Meer von Eitelkeit! Girard citeert verder: “Ce «retour éternel du même» ne nous étonne que peu, lorsqu’il s’agit d’une attitude active et lorsque ayant découvert le trait de caractère permanent, l’essence même de la personne intéressée, nous nous disons que ce trait de caractère, cette essence ne peut se manifester que par la répétition des mêmes expériences psychiques. De confrontatie met pijnlijke ervaringen (in mimetische opzicht) uit het verleden speelt zeker ook een rol in Vom Gesicht und Räthsel. Het gaat daarbij om een de-mente waan-rede die de spiegel, beter: de karikatuur vormt van de zelf door de waanlogica reeds ‘bezeten’ kleine rationaliteit van de mentale gezondheid binnen de contouren van het maatschappelijke mythisch-rituele systeem. Vorüber die Bosheit meiner Schneeflocken im Juni! het échte Object van elk begeren en lijden, in de waan wil bereiken en in stand houden terwijl het in werkelijkheid (en ook in de waan zelf) meer dan ooit onder druk staat. Bart Decaluwé: een roepende in het moeras? [66] Het verleden verliest zijn zwaarte maar hetzelfde geldt voor de toekomst, aangezien ook de doelgerichtheid van en in het bewustzijn en het handelen in de euforie wordt opgelost; ook “Zweck”, zelfs “Wille” als zodanig worden als creaties van de dwerg aan de kant geschoven en ‘overdanst’. Dat zou misschien op zich nog zo kunnen zijn, maar het is moeilijk verzoenbaar met de keuze voor de vijandschap als uitweg in plaats van afstandelijke verering of gewoon échte terughoudendheid, houdingen die zouden passen bij het meer extern-mimetische gevoel van “wahre Ehrfurcht”. Vom Vorübergehen. Trouvé à l'intérieur – Page 143... sous sa forme avancée le destin exceptionnel de Nietzsche , son souci d'indépendance incompatible avec le mariage ... D'où pour lui la même décision que pour Zarathoustra : annoncer ( seulement ) la ( pro ) création future : Jamais ... Is dit alles ‘arbitrair’? Es ist aber immer auch etwas Vernunft im Wahnsinn”. Vier verklaringen dringen zich op. Deze omkering wijst wederom op een dubbelverhouding waarbinnen de aandacht steeds sterker geconcentreerd raakt op de essentie, d.w.z. [49] Girard zegt hierover: “Freud constate que le problème des doubles et celui de la répétition sont liés, et il fait même à ce sujet, peut-être, une allusion – ò combien pertinente – à l’Eternel Retour de Nietzsche”. Deze eenzaamheid waarin Zarathustra zich verdreven ziet, wordt door hem klaarblijkelijk als een gevolg van zijn eigen overrijkdom omgeduid en verbonden met een pseudo-altruïstische verheffing boven de anderen die geen werkelijke tegengave kunnen bieden voor wat ze van hemzelf zouden ontvangen. Ook de hallucinatie van de Duivel bij Ivan in De gebroeders Karamazow van Dostojewski komt neer op een confrontatie met een dubbel-ik dat zowel het ‘identieke’ als het antagonistische aspect van de mimetische rivalen incarneert. Paradoxaal genoeg is Zarathustra echter zelf erg ‘bont’ in zijn identificaties en antagonismen. Very confusing and misleading, I feel fooled. Men kan immers toch inderdaad niet voortdurend onder herinneringen lijden! Apprenez donc d’abord à aimer ! Wat dat betreft, verwijs ik naar wat we nog zullen zeggen in verband met de “stillste Stunde”. Citation nietzsche mariage. Het licht schijnt in de duisternis en is tevens woord en zang: “Nacht ist es: nun reden lauter alle springenden Brunnen. Zarathustra kan de slang niet verwijderen; dit getuigt van een zeker realisme: Nietzsche/Zarathustra is simpelweg ook niet in staat om de cyclus van het negatieve mimetisme uit de weg te gaan, zelfs indien hij dat zou willen. Erhöht ist da euer Leib und auferstanden” (99). Alles grüsst sich wieder; ewig bleibt sich treu der Ring des Seins” (272-273). Ten eerste moet de keuze van de vijand volgens Zarathustra bepaald worden door de kwaliteit van die vijand en dus door de mate waarin die ook als model bewonderenswaardig is: “Ihr dürft nur Feinde haben, die zu hassen sind, aber nicht Feinde zum Verachten. De ‘mislukking’ zelf wordt verheven tot de grootste triomf vanwege de trots die blijkt uit de afwijzing van elk mogelijk hoger referentiepunt voor het bestaan. om zijn kleine oren…) In ieder geval: Zarathustra kan de mimetische strijd, net als de moeilijkheden die ermee gepaard gaan, onmogelijk ontkennen. In het contact met de anderen staat het streven naar het hogere ‘zijn’ centraal, terwijl omgekeerd dit ‘zijn’ niet zonder dat contact kan bestaan. Men botst dan ook steeds weer tegen het skandalon aan, en vaak des te meer wanneer men het uit ergernis achter zich wil laten. Enerzijds gaat het lied over een onvrede die Zarathustra ervaart en waarop we dadelijk terugkomen. (We moeten dit ruim interpreteren: ook de geleerden van vandaag die zich laten leiden door de vraag hoe men best te werk gaat om onderzoeksgeld aan te trekken of om zich maximaal op de markt van de ‘wetenschap’ zichtbaar te maken, behoren tot hen die niet de waarheid maar het profijt – geldelijk, dan wel abstracter: het prestige – boven de wijsheid plaatsen.) [11] Het huppelen van de laatste mensen is in feite een karikatuur, een ‘lage’ variant van het dansen van de ster dat het ‘doel’ van Zarathustra is, zoals het gemakzuchtige en vermeend aangename relativisme (“«Was ist Liebe? Aber Blut ist der schlechteste Zeuge der Wahrheit; Blut vergiftet die reinste Lehre noch zu Wahn und Hass der Herzen” (119). Zoals we zullen zien, spelen stenen en metaal (lood met name) ook een rol in Vom Gesicht und Räthsel. De “Jünger” (163) wordt gecorrigeerd terwijl hij trouw het model, Zarathustra, wil navolgen door diens woorden ernstig te nemen en door om meer lering te vragen: “Ich gehöre nicht zu Denen, welche man nach ihrem Warum fragen darf” luidt Zarathustra’s (niet-)antwoord waarna hij het eveneens nederig toegegeven geloof van de volgeling – “«ich glaube an Zarathustra»” (163) – met hoofdschudden en glimlachen beantwoordt en zo opnieuw de pragmatische paradox genereert volgens dewelke de echte volgelingen van Zarathustra hem niet als een model vooropstellen en hem niet per se volgen (al zijn ze juist dan wél volgelingen van Zarathustra, van hét model van de trots en de double bind). De stem spreekt evenwel op een moment waarop Zarathustra die superioriteit niet of onvoldoende in zichzelf ervaart.

Meilleur Centre De Rééducation Fonctionnelle, Crampe Au Mollet En Anglais, Strasbourg Francfort Voiture, Echelle D'empathie De Jefferson, Style Femme Ronde 2021, Ligue Bretagne Handball, Lettre De Motivation Enseignant, Règlement Intérieur Tenue Vestimentaire, Quorum Assemblée Générale Association Sportive, Filiale Avantages Inconvénients, Lettre De Motivation Pour éducation Nationale Aesh,

Leave a Comment